Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want de [61]schaamte heeft den [62]arbeid onzer vaderen [63]opgegeten, van onze jeugd aan; hun schapen en hun runderen, hun zonen en hun dochteren. 61. Dat is, de afgod Baal, dies wij ons wel mogen schamen, want hij is een vuile en schandelijke afgod en heeft ons beschaamd en te schande gemaakt. Alzo onder hfdst.11 vs.13; Hos.9:10. 62. Dat is, hetgeen zij met arbeid verkregen hadden, gelijk in het volgende verklaard wordt. 63. Dat is, verteerd, zo vanwege de kostbaarheid der afgoderij als de rechtvaardige plagen, die hun daarom zijn overkomen.